Blog
Alles komt weer in de mode. Zouden de kopers mijn meubelwerk ook terugdraaien in de toekomst?
Als je maar lang genoeg wacht komt alles weer terug in de mode. Ik heb al eerder twee antieke, vooroorlogse kasten naar de oorspronkelijke stijl ‘gerestaureerd’ die in een ver verleden door iemand anders gemoderniseerd waren. En nu heb ik voor het eerst een oud halogeenlampje, dat ik zelf pakweg 35 jaar geleden wit gespoten heb, teruggebracht naar zijn oorspronkelijke staat. Want het was jaren 70 oranje, en eind jaren 80 moest kennelijk alles wit zijn. Maar inmiddels zit ik al een decennium lang in een vintage vibe, dus het lampje mocht van mij weer oranje worden nu. Ik heb het tevoorschijn gehaald, kaal gehaald en ik ga het weer gebruiken.
Terwijl ik ermee bezig was bekroop me de gedachte dat ik in het verleden zo’n 40 kasten en tafels heb aangepast, opgeschilderd en deels ook verkocht. Vooral opgeleukte buikkasten, goedkope grenen kastjes en Ikea tafeltjes. Zouden die nieuwe eigenaren eveneens 35 jaren lang mijn meubels in hun bezit hebben, en zouden ze die dan ooit nog eens terugbrengen naar de oorspronkelijke stijl omdat die laatste weer in de mode komt? De buikkasten ontdoen van de verflaag en het eikenfineer weer in ere herstellen en op kleur brengen? De stof verwijderen van de knuffelstoel en er weer een bruin café-exemplaar van maken? Tafeltjes schoon krabben en schuren totdat het warme grenenhout weer zichtbaar is? Want tijdloosheid bestaat niet dus de smaak van deze klanten zal veranderen, net zoals de mijne dat deed. Onze smaak is namelijk sociaal en cultureel gebonden en ontwikkelt zich toch door economische- en maatschappelijke invloeden. Of, worden mijn kastjes en tafeltjes niet meer veranderd en gaan ze direct naar de vuilnisbak als men er ooit op uitgekeken is? Hoe kijkt men in de verre toekomst tegen weggooien en materiaalverlies aan? Dat zou ik best willen weten nu.
Duurzame metamorfose
Moet je op de foto hieronder eens zien hoe mijn zelfportret er uitzag, nadat ik het zo’n 4 jaren geleden als alternatief naambordje naast mijn voordeur hing. Blootgesteld aan wind en regen was het onherroepelijk achteruit gegaan. Onder invloed van vocht waren de verschillende houtlagen gaan ‘werken’ ten opzichte van elkaar. En de lak was inmiddels verweerd en stond ‘open’. Aldus was er veel vocht in het het hout gedrongen. Hierdoor waren vrijwel alle okergele en mahonie-rode kleurpigmenten uit de haren en achtergrond gespoeld. En er waren groene en zwarte schimmels bijgekomen.
Omdat het bordje toch one of a kind is en ik het wilde behouden ben ik aan de slag gegaan om het in een wat fraaiere staat te krijgen.
En wauw! Het is me gelukt en wat een verschil! Mijn uitgesleten zelfportret heb ik gereinigd, geschuurd, gerepareerd, opnieuw gekleurd en dik in de epoxy gezet. Zo kan het de komende jaren weer naast mijn deur hangen.
Ik vind het effect van de hars op het gekleurde hout echt fan-tas-tisch!!! Nooit geweten dat door het glas-effect een epoxy afwerking veel meer diepte geeft dan blanke alkydlak. Dit effect zal ik waarschijnlijk nog wel vaker gaan inzetten.
Visitekaartjes mogen uitdelen is geen beloning!
Ik maak regelmatig mee dat men voor een dubbeltje op de eerste rij wil zitten in de culturele sector. Dat men denkt dat mijn arbeidsuren gratis zijn, en dat meedoen en visitekaartjes uitdelen op zich al afdoende beloning is. Dat is op zich niet nieuw voor me. Ik heb jaren lang een klusbedrijf gehad in houtreparaties en schilderwerk, en ook in die hoedanigheid deed men regelmatig een beroep op me om in weekenden gezellig gratis mee te komen klussen. Nee dus, arbeidsuren zijn niet gratis. Je vraagt toch ook niet aan je kapper je haar te knippen en als beloning mag hij dan zijn visitekaartje uitdelen.
Ik heb genoeg van deze praktijken! Daarom lever ik een bijdrage aan het project Voor een visitekaartje op de eerste rij. Een sympathiek project dat probeert hier een passend antwoord op te geven. Ik heb hiervoor een mini-zelfportret op visitekaartjesformaat gezaagd. Het streven is een flink statement te maken met zo’n 1.000 kaartjes. Doe dus ook mee, als je hier genoeg van hebt!!
https://nataschawaeyen.nl/category/voor-een-visitekaartje-op-de-eerste-rij/
Fases in meubelwerk
Vriendin A: “Jij hebt al veel geprobeerd en gedaan hoor. Je bent al zo’n lange tijd op zoek naar wat je product gaat worden”. Ja inderdaad, ze heeft gelijk, bedacht ik me. Ik sta er eigenlijk nooit bij stil maar ik heb al veel geprobeerd en mijn meubelwerk heeft inderdaad al heel wat transformaties doorgemaakt. Wel allemaal vormen van recycling en upcycling. Sommige waren een tijdje wel succesvol, andere bleken te arbeidsintensief om het eindproduct nog te kunnen verkopen tegen een fatsoenlijke prijs. Even hieronder een korte opsomming van alle verschillende fases meubelwerken die ik al heb doorgelopen:
1. opleuken van oude houten meubels met decoratief schilderwerk,
2. herstellen en restaureren van uiteen gevallen kapotte houten meubels,
3. moderniseren van oude houten meubels,
4. creëren van nieuwe meubels en interieurobjecten van gesloopte oude meubels,
5. combineren van houten meubels met een tweede, vreemd materiaal,
6. upcycling van vreemde materialen naar meubels,
7. upcycling van vreemde materialen naar lampen,
8. en als laatste combineren van houten meubels en handwerktechnieken.
Weer vriendin A: “Ik denk dat je je stijl wel gevonden heb. Denk je dat je dit blijft maken, die meubel-kunsten?” Mmm, dat denk ik niet, eerlijk gezegd. Ik ben veel te wispelturig daarvoor. Er komt vast weer een volgende transformatie, ik ken mezelf, ik zal na 10 werken weer een andere weg inslaan. Misschien eerder, misschien later maar dan ontstaat er weer een nieuw upcycling-idee dat ik simpelweg moet proberen. Dat houdt het spannend en intrigerend.
Wedstrijd in upcyclen in een pop up studio
Vandaag was ik de hele dag op het Werkspoorkwartier in een pop up studio van het Utrecht Sustainability Institute. Met een aantal enthousiaste ontwerpers werd ik uitgedaagd om van een berg oude troep een nieuw ontwerp te maken. Ik koos uit die berg een kastonderstel en maakt er een kapstok van, met drie gigantische knoppen, om jassen aan op te hangen, een spiegel en nog vier plankjes voor tijdschriften.
Overigens bleek na de lunch dat het ook een wedstrijd was. De allerhande troep was bij bedrijven op het Werkspoorkwartier opgehaald, met de gedachte om circulaire producten te maken met het afval dat het industrieterrein zelf veroorzaakt. Welke aanwezige kon het beste circulaire product bedenken? De winnaar had het lumineuze idee om uitgedroogde verfkwasten met kunststoffen heften te verbuigen tot kapstokhaakjes. Ik kan mij alleen niet voorstellen dat de Gamma zelf kapstokken gaat maken van uitgedroogde kwasten die klanten terug komen brengen. Die klanten gooien die goedkope kwasten gewoon weg. En de schildersbranche haalt op het industrieterrein professionele verfkwasten met een houten heft en daaraan valt niks te buigen. Idee is leuk, praktische uitvoering is utopie.